- De horeca heeft ondanks de hogere inkoopprijzen en kosten aan energie een goede start van het jaar gehad, concluderen sectoreconomen van ING in een nieuw rapport
- In het eerste kwartaal gaven consumenten gemiddeld 7 procent meer uit per horecabezoek, maar dat neemt niet weg dat de marktomstandigheden uitdagend blijven.
- Bedrijven kunnen de hogere kosten niet helemaal doorberekenen aan hun klanten. Als een biertje te duur wordt blijven ze weg.
- Lees ook: Horeca boekt in 2022 bijna €26 miljard omzet: dat is meer dan voor corona, maar toch moeten de prijzen verder omhoog, vindt brancheclub
De horeca kent volgens een nieuw rapport van ING een goede start van het jaar, ondanks de hogere inkoopprijzen van bijvoorbeeld energie en ingrediënten die ondernemers lang niet altijd kunnen doorbereken aan de klant. Maar de rest van het jaar wordt waarschijnlijk wel “uitdagend” voor de sector. Deskundigen van de bank verwachten dit jaar “aanmerkelijk meer” faillissementen en bedrijfsbeëindigingen van restaurants en cafés.
Positieve ontwikkeling volgens ING is dat de consument in het eerste kwartaal per horecabezoek gemiddeld 7 procent meer spendeerde ten opzichte van een jaar eerder. De horeca profiteert er ook van dat er weer meer buitenlandse toeristen zijn.
Voor heel dit jaar rekent ING dan ook op verdere verkoopgroei. Dit gaat waarschijnlijk deels nog om een herstel van de coronapandemie, aangezien de horeca in Nederland in de eerste twee maanden van vorig jaar nog met beperkingen te maken had. Vorig jaar was al sprake van een grote inhaalslag en dit jaar gaat er waarschijnlijk zo’n 3 procent meer aan bijvoorbeeld drankjes en gerechten over de toonbank.
“Toch blijven de marktomstandigheden uitdagend”, zegt sectoreconoom Katinka Jongkind van ING Research. In het rapport van de bank legt ze uit dat als de prijs van een biertje of een maaltijd te hoog wordt de klanten wegblijven.
Daardoor kan een horecaondernemer hogere prijzen doorgaans niet volledig doorberekenen en staat zijn marge onder druk. Uit het rapport blijkt dat slechts één op de drie horecaondernemers de hogere kosten volledig of grotendeels kan doorberekenen aan klanten, wat beduidend minder is dan in andere sectoren.
Restaurants en cafés kampen met hogere kosten voor bijvoorbeeld bier, koffie, brood, vlees, olie en boter. Gemiddeld werden voedingsmiddelen en alcoholvrije dranken 18 procent duurder, terwijl de prijs van bier met 10 procent steeg. Daarop verhoogden restaurant- en caféhouders in het eerste kwartaal van 2023 hun prijzen ook met gemiddeld 10 procent.
ING verwacht dat restaurants en cafés dit jaar de prijzen met gemiddeld 4 procent verhogen, daar ontkomen ze niet aan. De prijsverhogingen komen bovenop een gemiddelde plus van 8 procent afgelopen jaar.
Jongkind wijst erop dat de verplichte sluitingen tijdens de coronapandemie de winstmarges al behoorlijk hebben uitgehold. "Nu horecabedrijven hun tijdens de coronapandemie opgebouwde belastingschuld moeten terugbetalen, zal dat voor een deel van deze bedrijven tot financiële problemen leiden", schat ze in.
ING geeft nog geen concrete voorspelling voor het aantal bankroeten in de horeca. Tijdens de coronapandemie vielen er nog heel weinig horecabedrijven om. Waarschijnlijk kwam dat door de massale coronasteun van de overheid. Vorig jaar telde ING 134 failliete horecazaken, wat eveneens heel weinig is.
In 2019, het laatste jaar voor de virusuitbraak, waren het er namelijk nog 254. Maar het eerste kwartaal van dit jaar lijkt de situatie omgeslagen. Volgens ING gingen er 66 horecabedrijven bankroet, bijna drie keer zoveel als in het eerste kwartaal een jaar eerder.